Bij de beëindiging van een agentuur overeenkomst dient de opzeggende partij een opzegtermijn in acht te nemen. De minimale termijnen zijn vastgelegd in de wet en zijn afhankelijk van de duur van de overeenkomst. Indien de overeenkomst korter dan drie jaar heeft geduurd moet een opzegtermijn van vier maanden in acht worden genomen, indien de overeenkomst drie tot zes jaar heeft geduurd geldt een termijn van vijf maanden en indien de overeenkomst meer dan zes jaar heeft voortgeduurd moet een opzegtermijn van 6 maanden worden aangehouden. Dat zijn minimale termijnen. Bij beëindiging van een agentuur overeenkomst heeft de agent doorgaans recht op een goodwillvergoeding of klantenvergoeding. Als de principaal na beëindiging van de agentuur overeenkomst nog blijvend voordeel van de inspanningen van de agent heeft en de agent dat kan aantonen, dan kan de agent aanspraak maken op een goodwillvergoeding of klantenvergoeding. Over de hoogte daarvan ontstaan vaak geschillen.