De Hoge Raad deed een belangwekkende uitspraak op het terrein van het verbintenissenrecht. Als een overeenkomst (juridisch) vernietigd is, kunnen partijen dan nog steeds aan een bepaling uit die overeenkomst gebonden zijn? De Hoge Raad oordeelde dat wanneer er sprake is van een vernietiging van een overeenkomst, dit in beginsel ook de in die overeenkomst opgenomen garantiebepalingen treft zodat er van een tekortkoming in de nakoming van die bepalingen geen sprake meer kan zijn. Zodoende kan er geen schadevergoeding worden toegekend op grond van een tekortkoming in de nakoming. De Hoge Raad vult aan dat uit het simpele feit dat er sprake is van dwaling, niet volgt dat de wederpartij (de verkoper) jegens de dwalende (de koper) schadeplichtig is.